cleveringabijeenkomst 2015
‘Back to the Roots’
- OVER DE INVLOED VAN NURTURE EN NATURE OP HET VOLWASSEN EMOTIONELE BREIN -
Prof. Dr. Bernet Elzinga
Kindermishandeling komt vaak voor, ook in Westerse landen. Lange tijd is aangenomen dat de gevolgen van emotionele mishandeling minder ernstig zijn dan de meer zichtbare vormen van mishandeling, zoals fysieke of seksuele mishandeling. Uit onderzoek blijkt echter dat met name volwassenen die zijn opgegroeid bij ouders die verbaal agressief waren en/of emotioneel verwaarlozend meer kans hebben om depressieve en/of angstklachten te ontwikkelen, ook op latere leeftijd.
Een cruciale vraag is hoe deze emotionele kwetsbaarheid kan ontstaan. Dieronderzoek heeft aangetoond dat blootstelling aan chronische stress vroeg in het leven (bv. deprivatie van de moeder) een sterke invloed heeft op het programmeren van biologische en psychologische functies. Blootstelling aan chronische stress kan tevens lange termijn gevolgen hebben voor de structurele en functionele ontwikkeling van het brein, met name in hersengebieden die een belangrijke rol spelen bij emotieregulatie en het geheugen (o.a. hippocampus, amygdala en mediale prefrontale cortex). Ook bij mensen zijn er duidelijke aanwijzingen dat het brein van volwassen die in het verleden emotionele mishandeld en/of verwaarloosd zijn extra gevoelige reageert op sociale dreiging en buitensluiting. Dit suggereert dat het brein in de eerste levensjaren als het ware zo geprogrammeerd kan worden dat het signalen van sociale dreiging optimaal kan detecteren, met alle negatieve gevolgen van dien. Naast deze ‘nurture’ (opvoedings)effecten, kan de hypergevoeligheid echter ook een direct gevolg zijn van ‘nature’, door overerving van (een van) de ouders. Toekomstig onderzoek zal uit moeten wijzen hoe precies ‘nature’ en ‘nurture’ bijdragen aan het ontstaan van depressieve klachten, en of vroege interventies (zoals training in opvoedkundige vaardigheden) toekomstige depressieve klachten en de hypergevoeligheid van het brein kunnen voorkomen, ofwel kunnen normaliseren. |
Bernet Elzinga (1970) studeerde (Klinische en Cognitieve) Psychologie en Filosofie aan de Universiteit van Amsterdam (UvA). In 2002 promoveerde ze (cum laude) aan de afdeling Psychiatrie van de Vrije Universiteit (VU) in Amsterdam op cognitief en neurobiologisch onderzoek naar trauma-gerelateerde amnesie. Een deel van haar promotieonderzoek voerde ze uit aan de Yale Trauma Research Program van de Yale University School of Medicine.
Tussen 1997 en 2001 heeft ze naast haar onderzoek de opleiding tot Psychotherapeut/Gedragstherapeut voltooid. In 2002 kreeg Bernet Elzinga een aanstelling als Universitair Docent aan de Universiteit Leiden bij de sectie Klinische en Gezondheid Psychologie, en waar ze in 2008 Universitair Hoofddocent werd en in 2011 werd benoemd als hoogleraar ‘Stress-gerelateerde Psychopathologie’. In 2012 heeft ze in Leiden een interdisciplinaire minor ‘Childhood Abuse and Neglect Across the Life Span’ (mede) opgezet, en is ze sinds 2011 lid van het bestuur van het Leiden Instituut van Brain and Cognition (LIBC). Tevens is ze sinds 2009 als adviseur betrokken bij het ‘Landelijke Expertisecentrum Bijzondere Zedenzaken’ (LEBZ). Haar multidisciplinaire onderzoek richt zich op de gevolgen van (acute en chronische) stress en trauma op het brein, neuro-endocrinologie en op het cognitief en emotioneel functioneren van patiënten met stressgerelateerde stoornissen, waaronder posttraumatische stress stoornis (PTSS), depressie en persoonlijkheidsstoornissen. Hiervoor ontving ze o.a. van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) diverse subsidies, waaronder een VENI en VIDI subsidie, en werd ze in 2007 benoemd als lid van de Jonge Academie (DJA) van de KNAW. Lees meer over Prof.dr. Elzinga... |